Teruglopende ledenaantallen en verenigingen die niet met elkaar door één deur kunnen. De sfeer in de Rotterdamse judowereld was jarenlang verre van goed. Maar dat is veranderd. De ledenaantallen zijn spectaculair gestegen en verenigingen organiseren nu zelfs gezamenlijke toernooien. Combinatiefunctionaris Robbie van Beers is vanuit Rotterdam Sportsupport medeverantwoordelijk geweest voor deze opmerkelijke ommezwaai.

Hoe staat de judosport er op dit moment voor in Rotterdam?

“Het gaat hartstikke goed. Bijna alle aanbieders zijn op de goede weg, er zijn veel tevreden judoka’s en op de matten staan goede mensen voor de groep. Ook werken de verschillende partijen steeds meer met elkaar samen en dat is ook weleens anders geweest.”

In welke staat trof jij de Rotterdamse judowereld zeven jaar geleden aan?

“Dat de verenigingen op oorlogspad waren is misschien iets overdreven, maar er werd totaal niet samengewerkt. Iedereen deed zijn eigen ding en niemand ging met elkaar in gesprek. Tegelijkertijd waren er genoeg goede en enthousiaste docenten, maar de begeleiding eromheen was matig.”

Sinds die tijd is het ledenaantal gestegen van 1.000 naar 1.400 leden en zitten de verenigingen weer met elkaar om de tafel. Wat is vanuit Rotterdam Sportsupport jouw rol in dit proces geweest?

“Het is vooral belangrijk om te benadrukken dat we niet over één nacht ijs zijn gegaan. Er was een lange adem voor nodig om dit voor elkaar te krijgen. Ik ben eerst met alle aanbieders in gesprek gegaan, ook om het vertrouwen te winnen. Ze moesten vooral het idee krijgen dat ik het beste met de judosport voorhad. Soms ging dat heel snel, bij andere verenigingen duurde dat wat langer.”

Waarom was die eerste stap zo belangrijk?

“De verenigingen bestaan om kinderen en volwassenen op een duurzame manier de judosport te kunnen laten beoefenen. Zij hebben dus een gezamenlijk belang. Het is voor de hele sport goed wanneer verenigingen samenwerken en van elkaar leren. Maar als er geen vertrouwen is, gaat dat nooit lukken.”

Wat is de rol van de clubs geweest?

“Zij hebben natuurlijk zelf die stap moeten zetten. Toen de aanbieders bereid waren het gesprek met mij aan te gaan, kon het proces pas echt beginnen. Dat is een belangrijk moment geweest. Wat wel belangrijk is, is blijven realiseren dat alle aanbieders op hun eigen snelheid deze omslag aan het maken zijn. De een zit nog in de eerste versnelling, de ander in de zesde. Dat blijft iets om rekening mee te houden.”

Hoe gaat het nu? Kunnen de verenigingen weer met elkaar door één deur?

“De hele basis van het judo in Rotterdam is in vergelijking met zeven jaar geleden een paar stappen vooruit. Verenigingen werken structureel met elkaar samen, dat is al een wereld van verschil. Er zijn zelfs gezamenlijke toernooien.”

Welke uitdagingen liggen er nog voor in de toekomst?

“De grootste uitdaging is de opvolging op de mat. De trainers die er nu staan, zijn er over twintig, dertig jaar niet meer. De continuïteit op de mat moet worden gewaarborgd en daar moeten de verenigingen elkaar bij helpen. Er is al wel een trainingscursus opgezet om dit probleem aan te pakken, maar samenwerking op de mat en ernaast blijft cruciaal. Want als de aanbieders erin slagen die hogere kwaliteit te blijven leveren, zullen de nieuwe leden alleen nog maar langer lid blijven.”

Meer weten?

Via de thema’s vind je hoe we jouw club kunnen helpen. De thema’s in combinatie met de veelgestelde vragen zorgen ervoor dat je snel antwoord krijgt op jouw vraag. Neem bij interesse en andere hulpvragen contact op met de gebiedsconsulent van jouw vereniging. De gebiedsconsulent of expertconsulent lost samen met jou de hulpvraag op.

Wij staan voor je klaar!

Laurens Verbaan

verenigingsconsulent Prins Alexander / projectcoördinator Schoolsportvereniging
Laurens Verbaan