Romano Pigot verloor zijn baan na een verkeersongeluk. Bijna drie jaar stond hij buitenspel. Bewegen naar Werk zette hem weer op het goede spoor. Nu heeft hij een werkervaringsplaats.

‘In het begin liep ik hier rond met een gebogen hoofd en was ik onzeker. Maar op den duur voelde ik me sterker worden, zowel lichamelijk als geestelijk. Ik werd weer mens. Bewegen naar Werk is voor mij een schot in de roos gebleken. Ik weet niet wanneer ik weer op dit niveau zou zijn gekomen als dit programma er niet was geweest.’

Dat vertelt Romano Pigot op een januari-morgen in de kantine van SV Atomium ’61. Een klein jaar eerder meldde hij zich er als deelnemer voor zijn eerste Bewegen naar Werk-sessie. Stilletjes. Teruggetrokken. Zonder het zelfvertrouwen dat hij had in de tijd dat zijn leven in het teken stond van sport en wildvreemden hem soms aanschoten met de vraag wat zij moesten doen om net zo’n gespierd lichaam te krijgen als hij. En kijk nu eens: hier staat weer een man met geloof in eigen kunnen. Een man die als vanouds anderen op sleeptouw neemt.

Aan de slag
Hij vertelt: “Nadat mijn tijd als deelnemer erop zat, ben ik in 2016 bij SV Atomium ’61 aan de slag gegaan als assistent van Delano James. Hij verzorgt hier twee dagen per week de trainingen voor deelnemers aan Bewegen naar Werk. Dit programma draait ook in Rotterdam-West, bij Sparta. Daar geef ik zelfstandig leiding aan de trainingen. Rotterdam Sportsupport heeft me een werkervaringsplaats bezorgd.”

Gedreven
Op het basketbalveld van SV Atomium ’61 – in tuindorp Vreewijk – toont Romano deze ochtend zijn trainerskwaliteiten. Ongeveer 25 deelnemers aan Bewegen naar Werk zijn zonet begonnen aan hun warming-up, waarvan hij het tweede deel leidt. ‘Met kikkersprongen naar de overkant!’, galmt het over de accommodatie. ‘Daar gaan we. Go!’ En even later: ‘We gaan nu met de hakken naar de billen, mensen! Naar de overkant en terug!’ De deelnemers zijn in handen van een trainer die soms een grapje maakt, maar bij wie ernst en gedrevenheid overheersen.

‘Ik vind dat er moet worden gepresteerd’, zegt hij. ‘We moeten gas geven met z’n allen. En blijkbaar wordt die houding gewaardeerd. Soms komen deelnemers na afloop vermoeid naar me toe, maar maken ze direct een geintje en zeggen ze dat ze met niemand anders zouden willen trainen.’

Mentale klappen
Ruim drie jaar terug was Romano nog als personal trainer in dienst bij een fitnessketen. Bij begeleidde sporters op weg naar fitnesswedstrijden. ‘Ik had van mijn fitnesshobby mijn beroep gemaakt’, vertelt hij. Maar het noodlot sloeg toe. ‘Mijn auto werd aangereden toen ik achter het stuur zat. Ik werd zó hard getroffen, dat ik de eerste maanden aan bed gekluisterd was. En toen ik eindelijk een beetje kon lopen, voelde het alsof ik zeventig jaar was. Mijn fitheid was helemaal verdwenen, ik kon niet eens mijn schoenveters strikken. Dat is extra zwaar als je leven altijd heeft gedraaid om sport en lichamelijke gezondheid. Mentaal kreeg ik dus ook klappen.’

Confronterend
Op een gegeven moment was Romano’s spaargeld op. Hij wendde zich tot de gemeente Rotterdam voor een uitkering. ‘Zo kreeg ik ook een werkconsulent. Ik vertelde hem dat ik na die jaren van stilstand ontzettend graag weer wilde bewegen. Dat kwam mooi uit: hij kende het programma Bewegen naar Werk en zorgde ervoor dat ik kon meedoen. Daar was ik natuurlijk blij mee, maar ik moet zeggen dat het in het begin heel confronterend was voor mij. Met alle respect: de meeste deelnemers aan Bewegen naar Werk zijn actief op een bescheiden niveau, niet op het niveau waarop ik me vroeger heb kunnen begeven. Maar wat bleek? Ze waren fitter en konden méér dan ik. Daar had ik het best moeilijk mee. Daarom was ik in het begin zo stil en op mezelf.’

Meer zelfvertrouwen
Dat veranderde toen Romano merkte dat hij via Bewegen naar Werk lichamelijk vooruitgang boekte. ‘Ik kon steeds meer, de automatismen kwamen terug. Daarmee groeide ook mijn zelfvertrouwen. Op een gegeven moment begon ik andere deelnemers tips te geven. Ik deed bijvoorbeeld voor wat de correcte houding is om bepaalde oefeningen uit te voeren. Dat bleef niet onopgemerkt bij leidinggevenden van Bewegen naar Werk. Eerst vroegen ze mij de zogeheten blessuregroep te trainen en later kwam daar de hoofdgroep bij.’

Groeiend netwerk
Romano is inmiddels zó ver, dat hij voorzichtig nadenkt over een bestaan als zzp’er. ‘Op den duur wil ik mijn ervaringen met sporten en persoonlijke begeleiding ten dienste stellen van opdrachtgevers met cliënten die behoefte hebben aan beweging. Kijk, mijn netwerk is nu weer aan het groeien. Bij Sparta weten bijvoorbeeld ook steeds meer mensen wat ik kan. Daar is mij gevraagd aan de slag te gaan met een nieuwe groep mensen die wil worden geactiveerd. Ja, via Bewegen naar Werk ben ik mezelf weer geworden.’

Aan die laatste zin koppelt hij een dankwoord. ‘Ik wil credits geven aan Delano James, Roos Slenters, de projectleider namens Rotterdam Sportsupport, en Antoinette Jansen, teamleider Bewegen naar Werk bij SV Atomium ’61. Delano heeft als trainer regelmatig een stapje opzijgezet en mij zo de ruimte gegeven actief te zijn als assistent. Hij heeft me ook geleerd hoe je omgaat met de doelgroep van Bewegen naar Werk. En Roos en Antoinette hebben geduld en begrip getoond toen het nog niet zo goed met me ging. Zij herkenden ook het moment waarop ik stappen kon gaan zetten en hebben me daarbij ondersteund.’

Meer weten?

Via de thema’s vind je hoe we jouw club kunnen helpen. De thema’s in combinatie met de veelgestelde vragen zorgen ervoor dat je snel antwoord krijgt op jouw vraag. Neem bij interesse en andere hulpvragen contact op met de gebiedsconsulent van jouw vereniging. De gebiedsconsulent of expertconsulent lost samen met jou de hulpvraag op.

Wij staan voor je klaar!

Anouk Meeter

verenigingsconsulent Feijenoord, Delfshaven en Centrum
Anouk Meeter